Wraking – Strafrecht-advocaat.nl https://01-strafrecht-advocaat.nl De website voor het vinden van een ervaren strafrechtadvocaat Sun, 20 May 2018 08:39:57 +0000 nl hourly 1 https://wordpress.org/?v=6.1.7 Wraking strafkamer gerechtshof succesvol in zaak Wilders https://01-strafrecht-advocaat.nl/wraking-strafkamer-gerechtshof-succesvol-in-zaak-wilders/ https://01-strafrecht-advocaat.nl/wraking-strafkamer-gerechtshof-succesvol-in-zaak-wilders/#respond Sun, 20 May 2018 08:39:57 +0000 https://01-strafrecht-advocaat.nl/?p=4937 Opnieuw lukte het de verdediging in de strafzaak van Wilders om de rechter te wraken. Het gerechtshof had de onderzoekswensen van de verdediging afgewezen, waarop de advocaat van WIlders het hof wraakte. Het hof had deze verzoeken afgewezen onder toepassing van het noodzaakscriterium.


De wrakingskamer oordeelde dat de strafkamer deze beslissing niet of in ieder geval onvoldoende heeft onderbouwd. Zo heeft de strafkamer geconcludeerd dat de strafzaak tegen Pechtold niet aan de orde is en dus geen rol kan spelen, terwijl de verdediging de sepotbeslissing inzake Pechtold niet betwist (beter: de verdediging is het met deze beslissing juist eens.) De verdediging wil nagaan of de overwegingen om Pechtold niet te vervolgen misschien ook op Wilders van toepassing zijn, en daar gaat de strafkamer niet op in. De wrakingskamer vindt ook belangrijk dat de verzoeken duidelijk gemotiveerd zijn en precies is aangegeven welke gegevens de verdediging nog wil ontvangen. Het is geen zo geheten ‘fishing expedition’.

]]>
https://01-strafrecht-advocaat.nl/wraking-strafkamer-gerechtshof-succesvol-in-zaak-wilders/feed/ 0
Teveel ruimte bieden aan slachtoffer voor spreekrecht is geen grond voor wraking https://01-strafrecht-advocaat.nl/teveel-ruimte-bieden-aan-slachtoffer-voor-spreekrecht-is-geen-grond-voor-wraking/ https://01-strafrecht-advocaat.nl/teveel-ruimte-bieden-aan-slachtoffer-voor-spreekrecht-is-geen-grond-voor-wraking/#respond Fri, 16 Dec 2016 22:38:04 +0000 https://01-strafrecht-advocaat.nl/?p=4277

In de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam, 25 maart 2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:1102 ging het om een slachtoffer dat – ondanks 3x ingrijpen van de advocaat van de verdachte – door de voorzitter van de rechtbank teveel spreekrecht werd gegeven.

Beoordelingskader

Naar vaste rechtspraak dient bij de beoordeling van een wrakingsverzoek voorop te staan dat een rechter uit hoofde van zijn aanstelling moet worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat een rechter jegens een partij vooringenomenheid koestert, althans dat de bij verzoeker dienaangaande bestaande vrees gerechtvaardigd is. Bij de beantwoording van de vraag of in een bepaald geval een gerechtvaardigde grond voor vrees voor partijdigheid van de rechter bestaat, is het standpunt van de klagende partij belangrijk, maar niet doorslaggevend. Beslissend is of de twijfel van de klagende partij aan de onpartijdigheid van de rechter of het gerecht, door objectieve factoren wordt gerechtvaardigd.

Voorts geldt dat het niet aan de wrakingskamer is een door de rechter gegeven beslissing inhoudelijk te toetsen. Wraking kan immers niet fungeren als rechtsmiddel tegen onwelgevallige of onjuiste beslissingen. De vrees voor vooringenomenheid kan indien het wrakingsverzoek zich richt op (de motivering van) een gegeven beslissing slechts objectief gerechtvaardigd zijn indien in het licht van de feiten en omstandigheden van het geval, de rechter een beslissing heeft genomen die zo onbegrijpelijk is dat daarvoor redelijkerwijs geen andere verklaring is te geven dan dat deze door vooringenomenheid is ingegeven.

Teveel ruimte spreekrecht geen reden voor wraking

In het onderhavige geval heeft – zo leidt het hof af uit hetgeen hiervoor is weergegeven – de voorzitter (tot drie keer toe) geen gehoor gegeven aan het verzoek van de raadsman om het spreekrecht van het slachtoffer te beperken tot de ten laste gelegde bedreiging. Die beslissing en de wijze waarop de voorzitter deze aan de raadsman kenbaar heeft gemaakt, wat daarvan ook zij, levert geen zwaarwegende aanwijzing op voor het oordeel dat de voorzitter vooringenomenheid jegens verzoeker en/of zijn raadsman koestert. Een mogelijk gebrek aan hoffelijkheid volstaat in dat verband niet. De (herhaalde) beslissing van de voorzitter, waaruit volgens de raadsman haar partijdigheid blijkt, is bovendien niet dermate onbegrijpelijk dat daaruit de gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid kan worden gedestilleerd. De wrakingskamer merkt in dit verband op dat de enkele omstandigheid dat aan een procespartij – in dit geval het slachtoffer – (te) veel ruimte is geboden in het kader van het spreekrecht, zonder nadere toelichting die niet is gegeven, niet met zich brengt dat verzoeker hierdoor is benadeeld. Nu overige feiten en omstandigheden die een uitzonderlijke omstandigheid in voornoemde zin opleveren, niet zijn gesteld noch zijn gebleken, moet de slotsom zijn dat niet is gebleken van feiten of omstandigheden waardoor de onpartijdigheid van de voorzitter schade lijdt. Het verzoek tot wraking van de voorzitter zal daarom worden afgewezen.

De feiten en omstandigheden die de raadsman aan het verzoek tot wraking van de jongste raadsheer ten grondslag heeft gelegd, zoals hiervoor onder 3.1 onder 2 weergegeven, leveren geen grond om te vrezen dat het de jongste raadsheer aan onpartijdigheid ontbreekt. Het verzoek tot wraking van de jongste raadsheer zal daarom eveneens worden afgewezen.

]]>
https://01-strafrecht-advocaat.nl/teveel-ruimte-bieden-aan-slachtoffer-voor-spreekrecht-is-geen-grond-voor-wraking/feed/ 0
Benadeelde partij mag rechter wraken https://01-strafrecht-advocaat.nl/benadeelde-partij-mag-rechter-wraken/ https://01-strafrecht-advocaat.nl/benadeelde-partij-mag-rechter-wraken/#respond Fri, 16 Dec 2016 22:18:51 +0000 https://01-strafrecht-advocaat.nl/?p=4275

Spreekgerechtigden mogen een rechter niet wraken; een benadeelde partij mag dat wel. Dit volgt uit de uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant, 19 oktober 2016, ECLI:NL:RBOBR:2016:5799.

 

Wie mogen rechter wraken?

Voor de beoordeling van de ontvankelijkheid van verzoekers is van belang dat volgens artikel 512 Sv een verzoek tot wraking van de rechter mogen doen:
  • de verdachte of
  • het openbaar ministerie

Maar nu ook:

  • benadeelde partij

De wettelijke regeling laat in beginsel geen ruimte voor een wrakingsverzoek door anderen dan de verdachte of het openbaar ministerie.

In eerdere rechterlijke uitspraken is echter aanvaard dat ook bepaalde andere betrokkenen in een strafrechtelijke procedure dan de verdachte of het openbaar ministerie een wrakingsverzoek mogen doen. Daarbij is van groot gewicht geacht dat de waarborgen voor een eerlijk proces als neergelegd in artikel 6 van het EVRM in voorkomende gevallen nopen tot het openstellen van de wrakingsprocedure voor anderen dan de verdachte of het openbaar ministerie. Duidelijk is dat het bepaalde in het EVRM ertoe kan nopen dat nationale wettelijke voorschriften, zoals de voorschriften neergelegd in Sv, buiten toepassing blijven. Daarbij dient echter niet uit het oog te worden verloren dat artikel 6 van het EVRM uitsluitend van toepassing is indien ten aanzien van de betrokkene sprake is van het vaststellen van zijn burgerlijke rechten of verplichtingen of bij het bepalen van de gegrondheid van een tegen hem ingestelde vervolging.

De rechtbank oordeelde als volgt:

“Voor zover verzoekers hun wrakingsverzoek hebben gedaan in hun hoedanigheid van spreekgerechtigden in de hoofdzaak is de wrakingskamer van oordeel dat in zoverre ten aanzien van hen geen sprake is van het vaststellen van burgerlijke rechten of verplichtingen of het bepalen van de gegrondheid van een tegen verzoekers ingestelde vervolging als bedoeld in artikel 6 van het EVRM. De stelling van verzoekers dat zij de uitoefening van het spreekrecht (mede) willen gebruiken ter onderbouwing van hun vordering als benadeelde partijen is onvoldoende voor een ander oordeel. Aan de benadeelde partijen staan immers – toereikende – andere mogelijkheden open om hun vordering toe te lichten dan door middel van uitoefening van het spreekrecht. Ook overigens ziet de wrakingskamer geen grond om, in afwijking van de wettelijke regeling van artikel 512 Sv, verzoekers in hun hoedanigheid van spreekgerechtigden bevoegd te achten om een wrakingsverzoek in te dienen. In het bijzonder dwingen het bepaalde in artikel 10 van Richtlijn 2012/29/EU en/of artikel 47 van het Handvest niet tot het aan spreekgerechtigden in een strafzaak openstellen van het instrument van wraking, nog daargelaten of verzoekers in rechte een beroep kunnen doen op ieder van deze artikelen. Nu het middel van wraking blijkens het voorgaande niet openstaat voor spreekgerechtigden in een strafzaak, staat dit middel evenmin open voor personen die stellen spreekgerechtigd te zijn, maar dit volgens de wettelijke regeling (zie artikel 51e Sv) niet zijn. Voor zover verzoekers hun wrakingsverzoek hebben ingediend in hun hoedanigheid van (gesteld) spreekgerechtigden, zullen zij daarom in hun verzoek niet-ontvankelijk worden verklaard.

Voor zover verzoekers hun wrakingsverzoek hebben gedaan in hun hoedanigheid van benadeelde partijen in de hoofdzaak is de wrakingskamer van oordeel dat ten aanzien van verzoekers sprake is van de vaststelling van burgerlijke rechten of verplichtingen als bedoeld in artikel 6 van het EVRM. De rechters dienen immers mede te beslissen op de door verzoekers als benadeelde partijen ingediende vorderingen tot schadevergoeding. Voor zover verzoekers hun wrakingsverzoek hebben ingediend in hun hoedanigheid van benadeelde partijen ziet de wrakingskamer ook verder geen belemmeringen voor de ontvankelijkheid van verzoekers. In zoverre acht de wrakingskamer verzoekers dan ook ontvankelijk en zal zij tot een inhoudelijke beoordeling van het wrakingsverzoek komen.”

]]>
https://01-strafrecht-advocaat.nl/benadeelde-partij-mag-rechter-wraken/feed/ 0