Beslag in het strafrecht

In het strafrecht is precies geregeld in welke gevallen voorwerpen in het strafrecht in beslag genomen kunnen worden. Artikel 134 lid 1 Sv. bepaalt dat beslag in het strafrecht wordt gedefinieerd als ‘het onder zich nemen of gaan houden van dat voorwerp ten behoeve van de strafvordering’

Wettelijke grondslag voor beslag

De wet biedt twee grondslagen voor het leggen van beslag in het strafrecht:

  1. Klassiek beslag / waarheidsvindingsbeslag (art. 94 Sv.)
    Bij inbeslagneming op basis van art. 94 Sv staan centraal de waarheidsvinding (Vgl. HR 11 maart 2008, LJN BC6224), ook wat betreft het aantonen van wederrechtelijk verkregen voordeel als bedoeld in art. 36e Sr. Daarnaast kan het beslag dienen om bepaalde voorwerpen uit het maatschappelijk verkeer te krijgen via verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer.
  2. Conservatoir beslag (art. 94a Sv.)
    Bij inbeslagneming met toepassing van art. 94a Sv gaat het om een conservatoir beslag, waarmee in geval van verdenking van of veroordeling wegens een misdrijf waarvoor een geldboete van de vijfde categorie kan worden opgelegd, beoogd wordt alvast (op voorhand) verhaal te halen voor geldvorderingen zoals geldboetes, schadevergoeding en ontnemingsmaatregelen.

MEER INFORMATIE BESLAG IN HET STRAFRECHT

Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden