Uitlokking in het strafrecht
Bij uitlokking gaat het erom dat het voornemen tot het plegen van het strafbare feit door de uitlokker bij de uitgelokte wordt gewekt (het initiatief ligt dus bij de uitlokker).
Uitlokking in de wet
Uitlokking is in het Wetboek van Strafrecht (Sr.) geregeld in artikel 47 lid 1 sub 2:
- Als daders van een strafbaar feit worden gestraft:
(..)
2. zij die door giften, beloften, misbruik van gezag, geweld, bedreiging, of misleiding of door het verschaffen van gelegenheid, middelen of inlichtingen het feit opzettelijk uitlokken. - Ten aanzien van de laatsten komen alleen die handelingen in aanmerking die zij opzettelijk hebben uitgelokt, benevens hun gevolgen.
Criteria uitlokking
Voor het aannemen van uitlokking dient aan een vijftal voorwaarden te zijn voldaan;
- Opzet van de uitlokker
- Aanzetten van een ander (uitlokker de ander op het idee brengt (doet besluiten) het delict te begaan. Dit sluit niet uit dat andere omstandigheden dan (het gebruik van) een uitlokkingsmiddel meewerken tot dat besluit, mits het uitlokkingsmiddel de doorslag geeft).
- Gebruik van één of meer uitlokkingsmiddelen (giften, beloften)
- Uitgelokte delict moet zijn gevolgd.
- Uitgelokte moet deswege strafbaar zijn.
Verschil uitlokking en doen plegen
Het verschil tussen uitlokking en doen plegen is dat bij uitlokking de uitgelokte (dus de pleger van het feit, de medeverdachte) zelf ook strafbaar is. Bij doen plegen is de echte pleger van het feit niet strafbaar.
Verschil uitlokking en medeplichtigheid
Het verschil tussen uitlokking en medeplichtigheid is dat bij uitlokking het voornemen tot het plegen van het strafbare feit wordt door de uitlokker bij de uitgelokte gewekt (het initiatief ligt dus bij de uitlokker). Bij medeplichtigheid bestaat het voornemen tot het plegen van het strafbare feit reeds bij de pleger (het plan komt niet van de medeplichtige maar van de pleger; de medeplichtige verleent slechts hulp). Met name de ‘voorafgaande medeplichtigheid’ kan in sommige situaties erg lijken op uitlokking.