Aftrek voorlopige hechtenis bij ISD-maatregel

Hoewel het in de praktijk nauwelijks gebeurt, is het wettelijk wel mogelijk om een aftrek toe te passen voor de tijd dat de verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. De wettelijke basis hiervoor is art. 38n lid 2 Sr. De eventuele aftrek wordt aan de rechter overgelaten. 

Er zijn enkele gunstige uitspraken van rechters waarbij wel een aftrek is toegepast voor de voorlopige hechtenis:

  • Rechtbank Maastricht, 19 april 2006, parketnr. 700859-05 en 005289-03: De rechtbank legt de maatregel ISD op, met daarbij een toetsing na zes maanden. Tevens bepaalt de rechtbank dat de tijd in voorlopige hechtenis doorgebracht, in mindering moet worden gebracht op de maatregel ISD
  • Gerechtshof Arnhem 7 april 2006 (parketnr. 21-005163-05), waarin een ISD-maatregel wordt opgelegd voor de duur van één jaar en negen maanden (3 maanden aftrek voorlopige hechtenis).

Er zijn echter ook tegengeluiden:

  • Hof Amsterdam, 18 januari 2006, NJFS 2006, nr. 65. Hof: “Een zekere spanning tussen de duur van de voorlopige hechtenis en de uiteindelijk op te leggen straf of maatregel bij feiten van relatief geringe ernst is inherent aan de door de wetgever gekozen systematiek rond de ISD-maatregel. Nu het voornemen van de officier van justitie om de ISD-maatregel te vorderen zich goed verdraagt met de over verdachte bekend geworden informatie, wordt de beschikking vernietigd en de gevangenhouding verlengd.”

 

< Terug naar ISD-maatregel
Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden