Alleen verlenging inverzekeringstelling bij dringende noodzakelijkheid
Steeds vaker zien we dat de inverzekeringstelling vrijwel automatisch worden verlengd omdat de politie nog nader onderzoek wil doen, maar dit is toch zeker niet de bedoeling van de wetgever geweest. Verlening van de inverzekeringstelling kan alleen bij dringende noodzakelijkheid. Zo zien we gelukkig ook steeds vaker in de jurisprudentie.
Minderjarige verdachte heeft al bekend; daarna geen nader onderzoek
Rechtbank Gelderland, 15 juli 2013,ECLI:NL:RBGEL:2013:2166
Alleen bij dringende noodzakelijkheid kan het bevel tot inverzekeringstelling eenmaal voor ten hoogste drie dagen worden verlengd. Dat verlenging van de inverzekeringstelling dringend noodzakelijk was is niet in het bevel tot uitdrukking gebracht en van een dringende noodzakelijkheid is de rechter-commissaris uit de stukken ook niet gebleken. Verdachte is voor de laatste maal gehoord op vrijdag 12 juli 2013 om 16.30 uur en heeft een bekennende verklaring afgelegd. Uit de stukken is niet gebleken dat er daarna nog verder onderzoek heeft plaatsgevonden. De verlenging van de inverzekeringstelling heeft plaatsgevonden op zondag 14 juli 2013 om 18.30 uur vanwege het verstrijken van de termijn van de inverzekeringstelling. Het was de bedoeling verdachte op 15 juli 2013 om 9.00 uur voor de rechter-commissaris te geleiden met het oog op een vordering bewaring.
Gelet op het voorgaande is naar het oordeel van de rechter-commissaris niet gebleken van een dringende noodzakelijkheid tot verlenging van de inverzekeringstelling. Zeker bij een minderjarige verdachte staat voorop dat diens vrijheidsbeneming zo kort mogelijk dient te zijn, gelet op hetgeen is neergelegd in onder meer art. 5 EVRM. Dit brengt mee dat de rechter-commissaris de onmiddellijke invrijheidstelling van verdachte zal gelasten.