Art. 9a Sr. voor onhandige ironie op website met racistische teksten

De verdachte is op een voor een ieder toegankelijke internetsite de Racistische Thread begonnen en heeft daar anderen uitgenodigd al hun racistische opvattingen en uitlatingen de vrije loop te laten. Dit hebben zij onhandig gedaan, zonder in voldoende mate afstand te nemen van de uitlatingen. Volgens het hof was het echter niet direct de bedoeling van de verdachte om anderen te discrimineren, reden waarom het gerechtshof de verdachte schuldig verklaard, zonder oplegging van een straf of maatregel, art 9a Sr. (Gerechtshof Amsterdam, 22 maart 2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:1101).

Feitencomplex

Door medeverdachte [medeverdachte] zijn in die Racistische Thread afbeeldingen openbaar gemaakt waarvan hij redelijkerwijs moest vermoeden dat zij voor een bepaalde groep, te weten negroïde personen, zeer kwetsend en dus beledigend zijn. Op deze afbeeldingen worden negroïde personen als groep in diskrediet gebracht en wordt de waardigheid van de groep ernstig aangetast. Het wordt de verdachte aangerekend dat hij met zijn handelwijze [medeverdachte] ertoe heeft gebracht deze zeer schokkende – zij het reeds bestaande – afbeeldingen verder wereldkundig te maken, zonder op de site op een voor de buitenwereld kenbare wijze afstand van het karakter van de afbeeldingen te hebben genomen of zijn bedoelingen met de Racistische Thread en de daarin geplaatste afbeeldingen te hebben toegelicht.Het hof heeft in het voordeel van de verdachte acht geslagen op de volgende omstandigheden.

Geen racistische bedoelingen

Aangenomen kan worden dat de verdachte met zijn handelen nimmer racistische bedoelingen heeft gehad en dat hij, door de Racistische Thread te beginnen en daarin afbeeldingen te laten posten, enkel heeft willen deelnemen aan een “uitwisseling” en petit comité omtrent het onderwerp racisme. Zowel uit zijn verklaringen als uit de verklaringen van [medeverdachte] en de ter terechtzitting in hoger beroep gehoorde getuigen is gebleken dat zij op een ironische manier racisme wilden benaderen. De omstandigheid dat zij dit als groep onhandig hebben aangepakt waardoor de ironisch bedoelde ondertoon voor derden niet (direct) kenbaar was, kan de verdachte naar het oordeel van het hof niet zo zwaar worden aangerekend als de advocaat-generaal heeft betoogd. Aannemelijk is ook dat de verdachte er zelf geen racistische ideeën op nahoudt en de vrije toegankelijkheid tot de site mogelijk zou zijn geblokkeerd als hij (eerder) zou hebben beseft dat de door hem beleefde ironie door derden niet werd begrepen.

Schuldigverklaring zonder oplegging van straf of maatregel, art. 9a Sr.

De verdachte is blijkens een uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 25 februari 2016 niet eerder strafrechtelijk veroordeeld en heeft ook na het onderhavige feit geen strafbare feiten begaan die ter kennis van justitie zijn gekomen. In het licht van hetgeen hiervoor is overwogen, acht het hof de kans op recidive zeer klein. Gelet op het voorgaande acht het hof het raadzaam op grond van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht te bepalen dat aan de verdachte ter zake geen straf of maatregel wordt opgelegd.

< Terug naar 9a - schuldigverklaring zonder straf
Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden