Gesloten deuren in verband met goede rechtspleging

Op voorhand kan niet worden uitgesloten dat een bevel tot sluiting der deuren wordt gerechtvaardigd door voorziene wanordelijkheden in de zittingzaal die naar verwachting van invloed kunnen zijn op de verklaring van een getuige en daarmee de waarheidsvinding hinderen. Brants en Van Lent becommentariëren artikel 269 Sv in dit verband als volgt (Brants en Van Lent in Melai-Groenhuijsen, Het wetboek van strafvordering, artikel 269 Sv, aant. 7.6):

"Het belang van een goede rechtspleging
Net als het belang van de openbare orde destijds, vormt thans het belang van de goede rechtspleging de sluitingsgrond waar (bijna) alles onder kan vallen, van ordeproblemen in de rechtszaal (...), tot verdachten en getuigen die, anders dan om privacyredenen, niet in het openbaar willen of durven verklaren. Nog niet zo lang geleden werd deze grond wel gebruikt om getuigen tegen te verwachten represailles te beschermen, of om te voorkomen dat opsporingsmethoden werden prijsgegeven of de identiteit van informanten onthuld. Het belang van de rechtspleging was dan daarin gelegen, dat zonder sluiting feiten niet op tafel kwamen en de waarheidsvinding werd belemmerd."

Alleen bij ernstige schending

Let wel: de sluiting van de deuren mag alleen wanneer de openbaarheid het belang van een goede rechtspleging ernstig zou schaden. Hier is niet snel aan voldaan. Het aanwezigheidsrecht van de verdachte en het belang van de openbare behandeling van de zitting gaat vaak voor.

Ordemaatregel

De verdere behandeling achter gesloten deuren kan echter ook als ordemaatregel worden bepaald.

> Meer informatie ordemaatregel sluiting deuren

 

Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden