Noodweerexces

Als de grenzen van de noodzakelijke verdediging wel zijn overschreven en zelfverdediging dus niet proportioneel was, is een succesvol beroep op noodweer niet mogelijk. Wel kan het zijn dat de overschrijding van de noodzakelijke verdediging verontschuldigbaar was, dus niet verwijtbaar is. In dat geval kan er mogelijk nog sprake zijn van noodweerexces. Noodweerexces is een schulduitsluitingsgrond. Uw handelen wordt dan verontschuldigbaar geacht onder de gegeven omstandigheden.

Maatstaf noodweerexces

De maatstaf voor een beroep op noodweerexces staat in het arrest HR 27 mei 2008, NJ 2008, 510: Indien door of namens de verdachte een beroep is gedaan op noodweerexces geldt voor wat betreft het door de rechter in te stellen onderzoek dat van verontschuldigbare overschrijding van de grenzen van de noodzakelijke verdediging slechts sprake kan zijn indien
a) de verdachte de hem verweten gedraging heeft verricht in een situatie waarin en op een tijdstip waarop, voor hem de noodzaak tot verdediging nog bestond, maar daarbij als onmiddellijk gevolg van een hevige door die aanranding veroorzaakte gemoedsbeweging verder gaat dan geboden is

b) op het tijdstip van de aan verdachte weten gedragingen de aanval is beëindigd en derhalve de noodzaak tot verdediging niet meer bestaat, maar dat de verdachte toch is doorgegaan als onmiddellijke gevolg van een hevige gemoedsbeweging veroorzaakt door de daaraan voorafgaande wederrechtelijke aanranding.

c) In zoverre moet er sprake zijn van dubbele causaliteit; de overschrijding van de grenzen van proportionaliteit of subsidiariteit moet het gevolg zijn van een hevige gemoedsbeweging, terwijl de gemoedsbeweging weer het gevolg moet zijn van de aanranding. Hierbij moet de hevige gemoedbeweging veroorzaakt door de aanranding van doorslaggevende betekenis zijn geweest, maar ook andere factoren kunnen mede hebben bijgedragen aan het ontstaan van deze hevige gemoedsbeweging. Dit gaat echter niet zover dat de iemand enkel op basis van niet door de aanranding veroorzaakte emoties mocht handelen. Bij de beantwoording van de vraag of in een concreet geval van een dergelijk onmiddellijk gevolg sprake is geweest, kan gewicht toekomen aan de mate waarin de grenzen van de noodzakelijke verdediging zijn overschreden alsmede aan de aard en de intensiteit van de hevige gemoedsbeweging (zie o.a. HR 13 juni 2006, NJ 2006, 343, HR 8 april 2008, NJ 2008, 312. HR 27 mei 2008, ECLI:NL:HR:2008:BC6794, HR 21 oktober 2008, NJ 2008, 561 en HR 4 januari 2011, NJ 2011, 35.

Varianten noodweerexces

Er zijn verschillende varianten van noodweerexces denkbaar:

  1. Het ‘intensief’ noodweerexces; een te zwaar middel in verhouding tot de aanranding (bijv. u hebt teruggeslagen met een knuppel terwijl u zelf een enkele klap met de vuist hebt gekregen)
  2. Het ‘extensief’ noodweerexces; u bent te lang doorgegaan in de zelfverdediging (bijv. u bent doorgegaan met slaan terwijl de aanranding al was afgelopen)
  3. Het ‘tardief’ noodweerexces; u begon pas met verdedigen nadat de aanranding al was afgelopen (bijv. een reflexmatige reactie op een kortstondige aanranding – een klap of een stomp – waarbij de aanranding in feite al is afgelopen, en er dus geen noodweersituatie meer is (hetgeen een voorwaarde vormt voor noodweer en noodweerexces). Toch heeft de Hoge Raad aanvaard dat, als in dergelijke situaties de reflexmatige verdediging direct na de aanranding heeft plaatsgevonden, terwijl de aangerande zich eigenlijk had moeten beheersen omdat de aanranding al was afgelopen, de aangerande onder bepaalde voorwaarden toch een beroep kan doen op noodweerexces.

In de praktijk zal het vaak aankomen op de precieze feiten en omstandigheden waarin het aanranden en het zich verdedigen daartegen elkaar afwisselen. Het kan dan lastig zijn vast te stellen welke handelingen nog als wederrechtelijke aanranding of als rechtmatige verdediging moeten en kunnen worden aangemerkt.

Vereisten noodweerexces

Om een succesvol beroep op noodweerexces te kunnen doen moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:

  1. Er moet sprake zijn van een noodweersituatie
  2. De grenzen van de noodzakelijke verdediging zijn overschreden (intensief, extensief of tardief)
  3. Die overschrijding moet het gevolg zijn geweest van een hevige gemoedsbeweging (woede,  angst, vrees, radeloosheid, etc.) die het gevolg is geweest van de aanranding. Hier is een dubbele causaliteit vereist. Als de hevige gemoedsbeweging hoofdzakelijk door iets anders is veroorzaakt dan kan geen beroep worden gedaan op noodweerexces, maar wellicht wel op psychische overmacht.

Of de overschrijding van de noodzakelijke verdediging verontschuldigbaar is en u met succes een beroep kunt doen op noodweerexces hangt af van een aantal factoren:

  • de omstandigheden van het geval
  • hoe u zelf bent (breed, smal, sterk of juist slap, getraind, etc?)
  • en of u zich in zodanige situatie heeft gemanoeuvreerd dat u de overschrijding van de noodzakelijke verdediging aan zichzelf heeft te wijten (bijv. meedragen van wapens, zoals knuppels)

Als aan alle voorwaarden is voldaan, kunt u een succesvol beroep doen op noodweerexces en bent u – ondanks dat u een strafbaar feit hebt gepleegd – niet strafbaar.

Gaat het ook in uw geval om een situatie waarin u meende dat u zich mocht verdedigen en wilt u uw kansen op een beroep op noodweer vergroten, bespreek uw zaak dan eerst met een advocaat voordat u door de politie wordt verhoord. Met de advocaat kunt u uw verklaring verder voorbereiden. U krijgt namelijk maar een kans om een goed verhaal neer te zetten. Als u later uw verklaring gaat veranderen, doet dat af aan de geloofwaardigheid van uw verhaal.

 

Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden