Maatstaf verzoek horen getuigen

In het strafrecht kunt u aan de rechter verzoeken doen om getuigen te horen. Ook andere onderzoekswensen kunnen aan de rechter worden gevraagd.

Wettelijk kader verzoek horen getuigen

Het Wetboek van Strafvordering biedt de verdediging vóór de aanvang van het onderzoek ter terechtzitting alsmede tijdens het onderzoek ter terechtzitting de mogelijkheid dat op haar initiatief aldaar getuigen worden gehoord. Een en ander is geregeld in art. 287 Sv, in art. 263 Sv in verbinding met de art. 264 en 288 Sv en in art. 315 Sv.

Maatstaf beoordeling verzoek horen getuigen

Steeds geldt er een andere maatstaf voor de beoordeling van de verzoeken. Dit is mede afhankelijk van de fase waarin de procedure zich bevindt en het moment dat het verzoek tot het horen van getuigen is gedaan. In het algemeen bestaan er twee maatstaven waaraan getoetst wordt:

  1. Het verdedigingsbelang
  2. Het noodzakelijkheidscriterium

In HR 19 juni 2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ1702, NJ 2007/626 waarin het verschil tussen deze criteria gerelativeerd voor wat betreft de toepassing in concrete gevallen. In lijn met die relativering moet worden moet worden geoordeeld dat – zoals in het geval dat de verdachte (nog) niet beschikt over alle processtukken als bedoeld in art. 33 Sv – niet altijd van hem zal kunnen worden gevergd dat hij voorafgaand aan de eerste terechtzitting in eerste aanleg op de voet van art. 263-264 Sv getuigen opgeeft aan de officier van justitie.

> Eisen motivering verzoek horen getuige

Wijze van oproeping getuigen

De te hanteren maatstaf voor de beoordeling van een verzoek tot het horen van getuigen kan verschillen afhankelijk van de wijze waarop het verzoek tot het horen van getuigen is gedaan;

> Beoordelingsmaatstaf in cassatie bij afwijzing verzoek

Moment verzoek horen getuigen

De te hanteren maatstaf voor de beoordeling van een verzoek tot het horen van getuigen kan verschillen van de fase waarin de strafzaak zich bevindt:

Motivering bij afwijzing verzoek oproepen getuigen

Of een verzoek tot het horen van getuigen naar behoren is onderbouwd alsook of het dient te worden toegewezen, zal de rechter in het licht van alle omstandigheden van het geval - en met inachtneming van het toepasselijke criterium - moeten beoordelen. De rechter dient, indien hij een verzoek afwijst, de feitelijke en/of juridische gronden waarop die afwijzing berust, in het proces-verbaal van de terechtzitting dan wel de uitspraak op te nemen. Die rechterlijke motiveringsplicht steunt mede op art. 6 EVRM (EHRM 9 mei 2017, nr. 21668/12 (Poropat tegen Slovenië), § 42.

Opmerking verdient in dit verband dat wanneer op een eerdere terechtzitting een verzoek is afgewezen en de rechter nadien constateert dat aan die afwijzing een gebrek kleeft ten aanzien van bijvoorbeeld de daarin gehanteerde beoordelingsmaatstaf, hij dit gebrek zal kunnen herstellen door op de latere terechtzitting het verzoek ambtshalve opnieuw aan de orde te stellen en indien het verzoek wordt gehandhaafd, daarover opnieuw te beslissen aan de hand van de ten tijde van die eerdere terechtzitting geldende beoordelingsmaatstaf doch met inachtneming van alle gegevens die inmiddels bekend zijn. Met deze herstelmogelijkheid wordt de kwaliteit van de gedingvoering bevorderd en wordt ook voorkomen dat een strafzaak wordt behandeld en afgerond terwijl reeds ten tijde van die behandeling en afronding vaststaat dat een eerder in die zaak gegeven beslissing lijdt aan een gebrek.

> Meer informatie herstel fouten afwijzing oproepen getuigen

Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden